Losloopgebieden Limburg

Het is weer weekend. Dus waarom niet lekker met je hond een lange wandeling maken. Heerlijk er tussenuit met je hond door de natuur. Hier geef ik een paar tips van leuke losopgebieden in Limburg.

Slikweg (Natuurgebied)

Losloopgebied Slikweg is een lang zandpad ten noorden van het Limburgse plaatsje America. Honden mogen, op het gedeelte buiten de bebouwde kom, het hele jaar loslopen. Het pad loopt deels tussen de akkers en deels door een stuk bos. De totale lengte is ongeveer 1 km.

Parkeren kan (gratis) aan de Sleutelbloem in America (aan het begin van de Slikweg).

Adres: Slikweg

            5966 NV, America

Losloopgebieden Brunssum 

In Brunssum de gemeente verschillende losloopgebieden aangewezen voor honden, waaronder het bekende losloopgebied de Heksenberg op de Brunsummerheid. Naast de Heksenberg, mogen honden ook los in het Emmapark, het Trichterbos, een bosgedeelte van het Schutterspark, het Hemelderpark en Vijverpark (centrum).

Heksenberg (Natuurgebied)

Losloopgebied de Heksenberg ligt tussen Brunssum en Heerlen en is onderdeel van de Brunssemerheide. Honden mogen hier het gehele jaar loslopen.

Parkeren kan aan de Kamperheideweg of bij het Bezoekerscentrum/Pannenkoekenhuis aan de Schaapskooiweg. Bij het bezoekerscentrum zijn honden van harte welkom op het terras. Let op: het bezoekerscentrum ligt in een aanlijngebied. Als je hier parkeert, moet je hond het eerste stuk van de wandeling aan de lijn.

Adres: Kamperheideweg

            6414 AL, Heerlen

Groote Heide (Natuurgebied)

Ten oosten van Venlo, tegen de grens met Duitsland, ligt één van de grotere Limburgse heidegebieden: de Groote Heide (247 ha). In het gebied bij het Infocentrum langs de Hinsbeckerweg is een hondenlosloopterrein. Daarbuiten dienen honden aangelijnd te zijn in de gebieden waar schapen lopen.

Parkeren kan (gratis) bij het infocentrum of op de parkeerplaats van de Zweefvliegclub (adres navigatie: Bloemartsweg 1, Venlo)

Adres: Hinsbeckerweg

            5915 PE, Venlo

Dat zijn een paar leuke losloopgebieden in Limburg. Leuk om eens met je hond naar toe te gaan. 

Hondenras in het zonnetje: De Golden Retriever

De Golden Retriever wordt gezien als een echte familiehond. Een goed gesocialiseerde en opgevoede Golden Retriever is met recht een gouden hond, zowel letterlijk als figuurlijk. Maar ook de Golden wordt dit, in tegenstelling tot wat er wel eens gedacht wordt, niet vanzelf.

Van oorsprong is de Golden Retriever een echte werker, met een goede neus, doorzettingsvermogen en een prima geheugen. Die taak is verdrongen door die van gezinshond, en ook daarin voldoet hij uitstekend. Het is een zachtaardige, vriendelijke en kalme hond met een meegaand, stabiel en plezierig karakter. Voor het gezin is het een aanhankelijke hond met een bijna constant goed humeur. Hij laat zich lekker aanhalen en is zeer op contact met mensen gesteld, zonder direct ‘plakkerig’ te worden. Hij kan zichzelf best vermaken en loopt niet de hele dag achter je aan. Als kennelhond is hij niet geschikt, daarvoor is zijn gehechtheid aan het gezin te groot en zou hij verpieteren.

De meeste Goldens gaan uitstekend om met kinderen. Maar er moet wel altijd toezicht van een volwassen bij zijn.

De echte Golden is een zelfverzekerde en vrij intelligente hond die zich goed kan aanpassen aan verschillende omstandigheden. Hij kan zowel op de boerderij als in een flat gehouden worden, al er maar wel rekening gehouden wordt met zijn behoefte aan beweging. Dagelijks minimaal één lange wandeling waarbij hij lekker los kan ronddollen en het liefst even kan zwemmen is echt een vereiste. Een Golden die genoeg beweging krijgt, is in huis een rustige hond. Maar een goede waakhond is het niet. Een enkeling slaat aan, maar de meeste zijn wars van eenkennigheid en begroeten zowel bekenden als onbekenden met hetzelfde enthousiasme.

De Golden Retriever is een dus een leuke gezinshond. Die wel in is voor een spelletje. Als hij voldoende beweging krijgt is het ook een rustige huishond. Alhoewel hij geen geweldige waker is. 

Giftig! (2)

De meeste mensen schuiven hun hond graag wat lekkers toe. Maar niet alles dat geschikt is voor de mens is ook geschikt voor de hond. Sommige voedingsproducten zijn zelfs giftig voor de hond! Eerder in mijn blog (Giftig!) kon je al lezen welke producten slecht zijn voor honden. Maar dat waren ze nog niet allemaal, ook deze producten kunnen schadelijk zijn voor je hond.

Rozijnen en druiven

Rozijnen en druiven zijn giftig voor honden. Rozijnen en druiven bevatten een nog onbekend extract wat de nieren van je hond kunnen schaden. Vaak is dit in het begin niet goed te merken, helaas is het vaak te laat als je de symptomen herkend. Rozijnen en druiven beschadigen de nier van je hond onherstelbaar. Gevolgen zijn: Pijn met plassen en donkerder gekleurd urine maar ook onregelmatig plassen.

Als er symptomen zijn dat de nieren niet goed meer functioneren kan de werking van de nieren onderzocht worden door middel van een urine en/of bloed onderzoek. Helaas zijn beschadigde nier niet meer te herstellen, maar verdere beschadigingen zijn te voorkomen.

Cafeine

Cafeine is gevaarlijk voor honden, een kleine hoeveelheid koffie of een ander cafeïnehoudend drankje kan leiden tot een hartslagverhoging. Deze hartslagverhoging kanin sommige gevallen leiden tot een hartstilstand.

Leverworst (te veel)

Een plakje leverworst is niet schadelijk, een grote hoeveelheid leverworst is wel schadelijk. Leverworst bevat veel vitamine A. Het lichaam kan vitamine A zeer goed opslaan, maar het vermogen om vitamine A uit te scheiden is beperkt. Vandaar dat vitamine A zich kan ophopen tot toxische niveaus wanneer de inname in sterke mate de behoefte overstijgt. Te veel vitamine A kan leiden tot verschijnselen als hoofdpijn, misselijkheid en duizeligheid, vermoeidheid en afwijkingen aan ogen, huid en skelet. Hoge doseringen vitamine A kunnen ook de lever beschadigen.

Rabarber

Rabarber kan een plotseling daling van het calciumgehalte van je hond veroorzaken. Calcium heeft in het lichaam een rol in botmineralisatie (botopbouw) en onder andere in spiercontractie. Calcium is ook nodig bij de samentrekking van spiercellen. Een calciumtekort kan leiden tot botontkalking wat het risico verhoogt op botbreuken. Ook veroorzaakt een te kort aan calcium spierkrampen.

Walnoten & Macadamia nootjes

Walnoten en macadamia nootjes kunnen je hond erg ziek maken. Als je hond van deze noten heeft gegeten kunnen er symptomen optreden zoals verlammingsverschijnselen aan de poten, sloomheid, een dronken gevoel, braken en een hoog lichaamstemperatuur. Vaak hersteld een hond zich na 3 dagen weer volledig.

Rauw varkensvlees

Het eten van rauw varkensvlees en zwijnenvlees kan zeer gevaarlijk zijn voor je hond. Je hond kan besmet raken met het Aujeszky virus, ook wel pseudo rabies genoemd. De symptomen van dit virus zijn sterk vergelijkbaar met hondsdolheid. Allen door het vlees lang te bakken wordt het virus gedood waardoor er geen kans meer bestaat voor je hond om ziek te worden. Als je hond eenmaal besmet is geraakt met dit virus, bestaat er geen antistof tegen. De mens is niet gevoelig voor de infectie. Overvloedig speeksel en agressie die tegen het eigen lichaam is gericht zijn de meest opvallende symptomen. De ziekte eindigt dan ook dodelijk.

Pit en schil van avocado

De stof persine maakt de pit en de schil van avocado zeer giftig voor honden. Persine is ongevaarlijk voor de mens, maar wanneer honden persine binnenkrijgen is het gevaarlijk. Persine is een olie oplosbare verbinding dat vergelijkbaar is met een vetzuur en is aanwezig in de schil en in de pit van de avocado. Een hond kan persine niet afbreken wat tot sloomheid, benauwdheid, onderhuidse vochtophoping, blauw tandvlees, hoesten en een slechte conditie kan leiden. Een grote hoeveelheid persine kan een hartstilstand veroorzaken.

Alcohol

Bij inname van alcohol verminderd de motoriek van de hond. Bij zeer hoge doseringen treedt bewusteloosheid en ademdepressie op. Bij concentraties die maar even hoger zijn dan die waarbij bewusteloosheid intreedt kan ook de dood het gevolg zijn. Alcohol is slecht voor de lever van je hond. Vooral kleine honden zoals chihuahua’s zijn zeer gevoelig voor kleine hoeveelheden alcohol. Hoe kleiner de hond hoe gevaarlijker alcohol is.

Paddenstoelen en champignons

Champignons en andere soorten paddenstoelen veroorzaken buikkrampen, ook kan je hond stuiptrekkingen krijgen. Kom je tijdens het wandelen paddenstoelen tegen, let er dan even op dat je hond er niet van eet. Het eten ervan kan namelijk zeer gevaarlijk zijn. Vooral kleine honden zoals chihuahua’s en teckels zijn extra gevoelig voor giftige dingen, het eten van paddenstoelen kan leiden tot heftige maagkrampen en misselijkheid. In sommige uiterste gevallen kunnen paddenstoelen zelfs tot de dood van je hond leiden.

Er zijn heel veel voedingsproducten die slecht zijn voor hond. De producten die hier benoemd worden zijn allemaal gevaarlijk voor de hond. het ene product nog net iets meer dan het andere. En van sommige producten is een kleine hoeveelheid geen probleem, maar pas op dat het niet te veel wordt. 

Hersenwerk voor honden

Eens geen zin om een lange wandeling te maken, maar je wilt wel dat je hond moe wordt? Dan is hersenwerk voor de hond een goede oplossing. Hersenwerk is puzzelen voor de hond. Tijdens het puzzelen gaan honden op zoek naar lekkers, speelgoed of voorwerpen die verborgen zijn in die puzzels. Van deze hersenrakende puzzels wordt je hond moe en het is een leuke tijdsbesteding voor baas en hond, maar heeft ook een heleboel positieve effecten op het gedrag en het welzijn van honden.

Net als bij kleine kinderen, begin je bij je hond met het aanbieden van simpele puzzels, die steeds moeilijker worden. Tijdens het puzzelen proberen de honden iets lekkers of speelgoed te bemachtigen. Ze kunnen dit te pakken krijgen door ergens onder te kijken, aan te trekken, mee te schuiven, aan te draaien, te zoeken met hun neus, etc.

De ene hond zal zich snel ontwikkelen en in staat zijn om bijzonder moeilijke puzzels op te lossen, een ander houdt het simpel en heeft voldoende uitdaging in een simpele puzzel.

Hersenwerk stimuleert alle zintuigen van je hond en laat zijn hersens flink werken. Honden die hersenwerk doen, moet bedenken hoe ze een lekker hapje of een leuk speeltje kunnen bemachtigen. Honden die hersenwerk doen, moeten zich flink concentreren en gaan meestal volledig op in hun spel. Voor de meeste honden is 10 minuten hersenwerk per dag voldoende om hen geestelijk moe te maken en een voldaan gevoel te geven.

Hersenwerk is dus een leuke en creatieve manier om je hond zijn zintuigen te laten gebruiken. Er zijn leuke hondenpuzzels te koop, maar je kunt ook zelf een puzzel maken.

Op http://www.hersenwerkvoorhonden.nl/basis/ kun leuke basispuzzels vinden.

Veel puzzel plezier met je hond ! 

Giftig!

De meeste mensen schuiven hun hond graag wat lekkers toe. Maar niet alles dat geschikt is voor de mens is ook geschikt voor de hond. In een eerdere blog kon je al zien dat chocola giftig is voor de hond. Alleen zijn er nog veel meer voedingsproducten die slecht zijn voor de hond. Dit artikel laat zien welke producten die we (bijna) dagelijks gebruiken schadelijk zijn voor onze honden vrienden. 

Melk (te veel ervan)

De meeste honden vinden koemelk heerlijk en zullen een schaaltje melk als ware traktatie in ontvangst nemen. Melk is rijk aan vele goede stoffen zoals melkeiwitten, mineralen, calcium en fosfor. Af en toe een klein beetje melk kan daarom een goede aanvulling zijn op de dagelijkse voeding van een hond. Echter, in melk zit ook een grote hoeveelheid lactose. Lactose is een stof die voor vele honden moeilijk afbreekbaar is. Een teveel aan lactose, of bij gevoeligheid hiervoor, kan deze stof een laxerende uitwerking hebben. Een hond zal in dat geval hevig aan de diarree raken.

 

Lactose wordt in het hondenlichaam afgebroken en verteerd door een enzym lactase. Dit enzym is vooral bij pups en jonge honden in grote hoeveelheden aanwezig. Pups maken lactase aan om de moedermelk te kunnen verteren. Naar mate een hond ouder wordt en niet meer met moedermelk gevoed wordt, stopt het lichaam vanzelf met het aanmaken van dit enzym. Het enzym is immers niet meer nodig, omdat een volwassen hond van nature geen melk drinkt. De hoeveelheid lactase die het hondenlichaam aanmaakt, neemt vanaf de leeftijd van 3 maanden, snel af.

Rauwe aardappelen

Rauwe aardappels en spruitjes van de aardappel bevatten giftige stofjes waaronder solanine. Solanine wordt gevonden in planten die behoren tot de nachtschadefamilie, zoals de aardappel. Solanine wat dus voornamelijk in rauwe aardappel zit veroorzaakt mogelijk een branderig en scherp gevoel in de keel, diarree, misselijkheid, versuftheid, ademnood, bewusteloosheid en krampen. Kleine honden zijn extra gevoelig voor solanine en kunnen al bij kleine inname van rauwe aardappel vergiftigingsverschijnselen krijgen. Gekookte of gebakken aardappelen kunnen honden vaak zonder problemen eten.

Zout

Een grote hoeveelheid zout kan een zoutvergiftiging bij je hond veroorzaken. Een hond eet van nature niet tot nauwelijks zout. Menseneten bevat vaak een grote hoeveelheid zout. Wees er bewust van dat een grote hoeveelheid zout erg gevaarlijk kan zijn. Een zoutvergiftiging kan leiden tot tijdelijk bewustzijnverlies en in sommige gevallen kan het leiden tot overlijden.

Vroeger werd zout regelmatig gebruikt om honden te laten braken, nu duidelijk is dat zout zeker in grotere hoeveelheden zeer giftig is mag deze methode absoluut niet meer worden gebruikt. Een hond kan zelfs komen te overlijden ten gevolge van een zoutvergiftig.

Veel kaas

Kaas is erg zout en bevat lactose. Vooral smeerkaas en zachte kaas zoals brie bevat veel lactose. Een grote hoeveelheid lactose kan een hond moeilijk afbreken wat misselijkheid, buikkrampen en diarree kan veroorzaken.

Roomijs

In roomijs zit veel lactose, van een klein likje roomijs zal je hond niks krijgen alleen een grotere hoeveelheid roomijs (dus lactose) kan een hond moeilijk afbreken wat misselijkheid, buikkrampen en diarree kan veroorzaken.

Pitjes van een appel en peer

De pitjes van appels en peren bevatten de grondstoffen voor blauwzuur. Blauwzuur komt vrij op het moment dat er op de pitjes wordt gebeten. Blauwzuur is een extreem giftig kleurloze tot zeer lichtblauwe vloeistof en is voor honden een sterk en potent gif. Zuurstofopname in organen wordt verlaagd. Het brein en het hart zijn hiervoor extra gevoelig. Blauwzuur kan leiden tot algemene zwakte, hoofdpijn, verwarring, duizeligheid, moeheid, paniek, kortademigheid, misselijkheid en braken. Door de kortademigheid kan een hond in een coma raken. Uiteindelijk kan dit tot de dood leiden. Stukjes appel en stukjes peer zijn verder niet gevaarlijk maar geef nooit een klokhuis aan je hond aangezien deze veel pitjes en dus vergif bevat.

Pitten van kersen

De pitten van kersen zijn giftig voor honden, dit komt door het stofje cyaogenische glycosiden. Dit stofje kan vrijkomen als er op de kersenpit wordt gebeten. Glycosiden zijn een groep van chemische stoffen die van nature vrijwel alleen in planten voorkomen. Ze zijn opgebouwd uit een suiker (het glycon) en een niet-suiker (het aglycon). Glycosiden komen voor in amandelnoten en in de pitten van kersen, appels, pruimen, perziken, abrikozen. Ook in cassave zitten glycosiden. Als je hond de pitten van kersen heeft gegeten kunnen er symptomen optreden als: braken, dronken gevoel en misselijkheid. 

Knoflook & bieslook & prei & ui

Knoflook, bieslook, prei (zelfs in kleine hoeveelheden) en ui kunnen de rode bloedlichaampjes van je hond beschadigen. Wat vervolgens kan leiden tot bloedarmoede bij je hond. Bloedarmoede is een toestand waarbij er sprake is van een te laag gehalte aan hemoglobine in het bloed. Dit kan het gevolg zijn van een verstoorde aanmaak, verhoogde afbraak of verlies van rode bloedcellen. Hemoglobine is het rode, zuurstof- en koolstofdioxidetransporterende eiwit in bloed, dat zich bevindt in de rode bloedcellen. Kenmerken van bloedarmoede zijn snel vermoeid zijn, snel kortademig zijn, en een snel hartritme hebben. Kenmerken van ernstige bloedarmoede zijn bleke oogleden, bleek tandvlees, duizeligheid en koude poten.

Broccoli

Broccoli bevat het stofje isothiocynate, sommige honden kunnen isothiocynate niet goed verwerken wat misselijk en maagkrampen kan veroorzaken. Isothiocynate is een chemisch stofje dat in o.a. broccoli en bloemkool en spruitjes voorkomt. Ook kan broccoli darmgas creëren dat tot buikpijn kan leiden. Als je hond hier niet gevoelig voor is, dan zijn kleine beetjes broccoli verder niet schadelijk voor je hond. Het is niet aan te raden om je hond veel broccoli te geven aangezien grote hoeveelheden broccoli kan leiden tot schildklierklachten. 

Paprika

Sommige honden zijn allergisch voor paprika. Honden die allergisch zijn voor paprika kunnen hevige jeuk krijgen na het eten van paprika. Als je hond allergisch is voor paprika bestaat de kans dat je hond ook jeuk krijgt van tomaat en aubergine. Heeft je hond dus vaak jeuk en geen vlooien of andere aanleidingen? Dan is de kans aanwezig dat je hond een allergie heeft, bijvoorbeeld een allergie voor paprika.

Spinazie

Spinazie bevat het stofje oxalates dat bij een grote hoeveelheid spinazie schadelijk kan zijn voor de nieren van je hond. Vermijd dus het voeren van grote hoeveelheden spinazie aan je hond. Oxalates bindt zich met onder andere calcium in het lichaam, waarmee het oxalates de nieren van je hond kunnen irriteren. Dit kan zich vervolgens uiten in moeilijkheden en mogelijk pijn tijdens het plassen. 

Er zijn heel veel voedingsproducten die slecht zijn voor hond. De producten die hier benoemd worden zijn allemaal gevaarlijk voor de hond. het ene product nog net iets meer dan het andere. En van sommige producten is een kleine hoeveelheid geen probleem, maar pas op dat het niet te veel wordt. 

Honden en Sneeuw

Het begint weer steeds kouder te worden. Het wordt winter. En voor je het weet vallen de eerste sneeuwvlokje weer. Het ligt er dan bedekt onder een mooie witte laag sneeuw. Ook de meeste honden zijn gek op dit winterweer. Niets leuks dan door de sneeuw te huppelen, happen brokken op en springen naar de neerdwarrelende vlokken. Toch zijn er ook nadelen verbonden aan dit winterweer.

 Zodra de eerste sneeuw is gevallen, vervullen mensen hun plicht en strooien vaak zout op hun stop om deze ijsvrij te maken. Maar dat vindt een hond helemaal niet leuk. Het zout prikt en doet pijn aan zijn pootjes. De hond kan er zelfs brandwonden van oplopen. Om te vermijden dat een ijs, sneeuw of zout tussen de kussentjes van zijn poten krijgt, en hij daarna dus kloven kan krijgen, kan je best zijn poten voor het naar buitengaan insmeren met vaseline of uierzalf. Zo zijn de pootjes prima beschermd en kan hij onbezorgd spelen en dartelen. Ook speciale hondenslofjes zijn prima om de poten van je huisdier te beschermen. Is je hond toch buiten geweest zonder bescherming, vergeet zijn poten dan niet af te spoelen met lauw water wanneer hij terug binnenkomt.

Ook dat sneeuwhappen is eigenlijk niet alles. Sneeuw en ijs zijn koud. Honden kunnen daardoor stevige maag- en darmproblemen krijgen. Misselijkheid, overgeven, diarree en soms kunnen ze zelfs een maagkanteling aan overhouden. Met een operatie tot gevolg.

Maar laat het winterweer je er niet van weerhouden om met je hond naar buiten te gaan. Want veel honden zijn gek op de sneeuw. En het blijft een verademing om je hond te zien spelen in de sneeuw. Maak wat kortere wandelingen met je hond. En maak hem goed droog bij thuiskomst, zo voorkom je dat hij onderkoeld raakt. En vergeet ook zijn pootjes bij thuiskomst niet schoon te maken.  

Chocola: levensgevaarlijk voor je hond!

Het is weer Sinterklaastijd. Dus dat wil zeggen, vol op snoep en chocola. En met al dat chocola in juist moet je wel oppassen dat je hond niets te pakken kan krijgen. Laat geen chocola rondslingeren in huis want zelfs voor honden zijn ze verleidelijk. Alleen zijn ze voor honden een groot taboe. Want chocola is giftig voor honden!

 

Waarom is chocolade nu zo gevaarlijk voor honden?

Dat komt door het stofje, theobromine dat in chocola zit, waar honden niet tegen kunnen. Het is dit stofje dat de mens wakker houdt en activeert na het eten van chocolade. Naast dit stimulerende effect heeft theobromine ook een irriterende werking in het lichaam. Bij de hond is deze irriterende werking veel sterker dan bij de mens. Honden hebben een andere stofwisseling dan mensen en theobromine blijft langer in de bloedbaan. Het duurt wel 6 dagen voordat het stofje is afgebroken bij honden.

Wat zijn de verschijnselen van chocoladevergiftiging?

Wanneer je hond te veel chocolade heeft gegeten, kun je na een aantal uren de volgende verschijnselen zien:

• braken en/of diarree
• onrustig en nerveus zijn
• hijgen
• buikpijn
• veel dorst
• trillen en/of toevallen

Als de dierenarts naar het hart gaat luisteren, kan een versneld of onregelmatige hartslag gehoord worden. Je hond kan zelfs overlijden aan een acute hartstilstand.

Welke hoeveelheid chocola is gevaarlijk voor de hond?

De gevaarlijke dosis voor honden is 100-150 mg theobromine per kg lichaamsgewicht. Pure chocolade bevat per gram meer theobromine dan melkchocolade. Daarom is pure chocola gevaarlijker voor je hond dan melkchocolade. In witte chocolade zit een te verwaarlozen hoeveelheid theobromine en witte chocolade is dus niet giftig voor honden.

Gewicht hond	Hoeveelheid melkchocolade	Hoeveelheid pure chocolade	Hoeveelheid theobromine
2 kg	130 g	15 g	200 mg
4 kg	260 g	29 g	400 mg
9 kg	584 g	66 g	900 mg
13 kg	844 g	95 g	1300 mg
18 kg	1169 g	132	1800 mg
22 kg	1429 g	161 g	2200 mg
27 kg	1753 g	198 g	2700 mg
32 kg	2078 g	234 g	3200 mg

 Bovenstaande tabel is een overzicht van de giftige hoeveelheden melkchocolade en pure chocolade voor honden.

Mocht je hond toch chocolade gegeten hebben, bel dan gelijk de dierenarts. Ga na hoeveel chocolade je hond gegeten heeft en wat voor chocolade het is. Probeer erachter te komen wanneer je hond de chocolade gegeten heeft. Is het korter dan 3 uur geleden, dan kan de dierenarts een injectie geven om je hond te laten braken. Is het langer dan 3 uur geleden dan zal je hond opgenomen moeten worden.

Daarom pas altijd op met chocolade. Voorkomen is altijd beter dan genezen. 

Opgepast met hondensnacks

Iedereen wil zijn hond zo nu en dan verwennen met een lekker tussendoortje. Daarvoor hoef je echt niet te wachten tot Dierendag. Iets wat minder vanzelfsprekend is, is dat sommige snacks voor onverwachte, nare verrassingen kunnen zorgen. Veel mensen geven hun hond iets om te kauwen vlak voordat ze een paar uur van huis gaan, onder het motto: “Dan heeft hij lekker wat te doen”. Een hond kan zich echter flink verwonden of stikken in een snack, met alle gevolgen van dien. Het is daarom aan te raden om sommigen snacks alleen onder toezicht te geven.

Hier kun je lezen met welke snacks je moet oppassen. 

Hoefjes

De meeste honden vinden runderhoefjes heerlijk om op te kauwen, gevuld met bijvoorbeeld schapenvet of paté zijn ze en ware traktatie. Hoefjes hebben echter erg scherpe randen. Een hond kan zijn bek en slokdarm ernstig beschadigen, zeker als hij per ongeluk een te groot stuk doorslikt. Vooral het laatste restje, hard en puntig, wordt nog wel eens in zijn geheel doorgeslikt.  

Mergpijp

Veel gehoord: “Als je een mergpijp kookt, wordt deze zacht en kan de hond deze makkelijk kapot bijten”. Dit is helaas een misverstand. Of je een mergpijp nu gekookt of ongekookt geeft, het blijven harde voorwerpen. De tanden kunnen er enorm van slijten en zoals op de foto hieronder is te zien, zit een ongeluk in een klein hoekje.

Rawhide (gedroogde huis)

Erg populair zijn kluiven en kauwbotten gemaakt van gedroogde dierenhuid. Honden houden van kauwen, het kan een ontspannende werking hebben en het reinigt het gebit. Gezien het grote verbruik van deze snacks is de kans klein dat er iets mis gaat, maar ook hier is het verstandig om op te letten.

Wat kan er mis gaan?

- verstopping: sommige honden hebben een gevoelig spijsverteringskanaal. Rawhide producten kunnen bij deze honden verstopping of diarree veroorzaken.

- verstikkingsgevaar: als je hond per ongeluk een stuk gedroogde huid inslikt, kan zo’n stuk klem komen te zitten in de slokdarm of een ander deel van het spijsverteringssysteem.

Hoe kun je (verder) problemen voorkomen?

- als je je hond voor het eerst een dergelijke snack geeft kun je in de gaten houden of je hond het rustig eet en niet gulzig de hele kluif probeert weg te werken.

- let er op of je hond gaat kokhalzen

- houd de ontlasting in de gaten. Poept je hond voldoende? Heeft hij diarree?

- Neem het laatste kleine stukje weg, zoadat je hond zich daarin niet kan verslikken.

Vleesbotten

Het kluiven op een bot is goed voor het gebit van een hond en het eten van botten is goed voor het spijsveteringskanaal van een hond, ook kun je er verstopte anaalklieren mee voorkomen. Een bot bevat daarnaast ook veel voedingswaarde zoals calcium, vitamines, mineralen en vetzuren. Niets dan lof voor het vleesbot dus. Er schuilen echter ook gevaren in het voeren van botten. 

Welke botten kun je beter niet geven aan je hond?

- Honden die gewend zijn om alleen brokken te eten, zullen moeten leren om rauw vlees en botten te eten. Dit dien je dus rustig op te bouwen.

- Dragende botten (knie of poot) van grote dieren, deze zijn erg hard.

- kale vleesbotten; zorg dat er altijd voldoende vlees aan het bot zit.

- gekookte botten; deze zijn erg hard en gaan versplinteren. Dit kan schadelijk zijn voor gebit en spijsverteringssysteem,

- alles met mate, dus ook hier. Te veel bot kan voor obstipatie zorgen. Geef nooit te veel!

Wat kan er mis gaan als je verkeerde botten geeft?

- Een (stuk)bot kan klem komen te zitten tussen de kiezen,

- een hond kan zich per ongeluk verslikken,

- een bot kan vast bekneld raken in het spijsverteringskanaal

- scherpe botdelen of splinters kunnen bijvoorbeeld de maagwand of de darmen perforeren.

Je hond iets lekkers geven daar is dus niets op tegen. Maar zoals je nu geleerd hebt kunnen sommige snacks voor narigheid zorgen. Dit hoeft je er niet van te weerhouden om ze hier zo af en toe mee te verwennen. Maar denk er dan aan om dergelijke snacks zoals hoefjes, mergpijp, rawhide kluiven en vleesbotten onder toezicht te geven. Want een ongelukje kan soms in een klein hoekje zitten.

Denk je er aan om een hond aan te schaffen? Waarom dan geen hond uit het asiel?

Vaak denken mensen dat in het asiel alleen ‘verknipte’ honden zitten. Dat is onjuist. Uiteraard zijn er honden die worden afgestaan vanwege ongewenst gedrag. Zeker tegenwoordig zijn echter ook scheidingen een belangrijke reden om een hond naar het asiel te doen. Doordat makkelijke honden snel geplaatst worden, kan dit een vertekend beeld geven. Het lijkt dan of in het asiel alleen lastige honden zitten. In feite zitten deze honden er langer, waardoor je ze vaker tegenkomt.

Wanneer je een wat oudere adoptiehond kiest, kan deze al helemaal zindelijk zijn en soms al goed opgevoed. Ook dat kunnen voordelen zijn. Doordenk je aanschaf goed en ook je keuze voor de hond die bij je past. Vaak is een asielhond ook goedkoper in aanschaf. En het belangrijkste je kunt een hond een nieuw leven bieden wat ze zeer op prijs zullen stellen!

Geschiedenis

Wat is de geschiedenis van de hond? Waarom is hij afgestaan? Is bekend hoe hij is met mensen, andere honden, kinderen, katten, vee, autorijden, alleen zijn, de dierenarts? Is bekend waar en hoe de hond is opgegroeid?

Verzorging en gezondheid

Wat is bekend over de gezondheid van de hond? Zijn er medische aandoening? Wat vraagt dit van jou en je portemonnee? Een medische kwaal hoeft geen reden te zijn om de hond af te schrijven. Een pup kan immers ook ziek worden. Wel is het goed om geïnformeerd te zijn over wat de gevolgen van een aandoening zijn. Overweeg of je die gevolgen, ook de financiële gevolgen, wilt en kunt dragen.

Welke verzorging vraag de vacht? Moet de hond naar de trimmer? Zijn er andere specifieke verzorgingseisen?

Type

Het uiterlijk van de hond is uiteindelijk minder belangrijk dan zijn gezondheid, gedrag en karakter, maar het moet je wel aanstaan. Wil je een reu of een teef? Is de hond gecastreerd of gesteriliseerd? Is het een hond die veel beweging vraag? Moet de hond nog worden opgevoed? Zo ja, is de hond gevoelig voor aanwijzingen en beloningen?

Karakter

Hoe is het karakter van de hond? Past dit bij wat je wilt en jouw ervaring met honden? Wanneer je de hond voor het eerst of voor de tweede maal treft bij het asiel, kan het lastig zijn een goed beeld van het karakter van de hond te vormen. Vraag daarom ook informatie over de hond, maak een wandeling en vraag de hond eventueel een weekend op proef om hem beter in te kunnen schatten. Hieronder lees je nog enkele tips die je kunnen helpen bij het inschatten van een hond.

• Rustig & sociaal
  Een hond die je van opzij nadert en daarbij laag en breed kwispelt, is vermoedelijk sociaal. Een zachte blik en een kalme, ontspannen opstelling zijn daarvoor ook aanwijzingen. Een hond die zich sociaal opstelt zal relatief makkelijk te sturen zijn. Een ideale hond voor de meeste mensen. Deze honden maken zelf contact met jou, al dan niet na wat aanmoediging. Daarbij respecteren zij jou grenzen. Ze naderen dus beheerst, met een zacht blik en ontspanning in hun lijf. Een hond die rustig is in bekende en nieuwe situaties, zal makkelijker met zijn omgeving omgaan.

• Schuchter & schrikkerig
  Een hond die schuchter en schrikkerig overkomt, is vaak onzeker. Deze hond kan bij je thuis uit zijn schulp gaan kruipen en een fijne kameraad worden. Voor een druk gezin en (te) jonge kinderen is de hond waarschijnlijk een minder goede keus. Bovendien kun je ervan uitgaan dat er veel tijd nodig is om de hond tot bloei te laten komen. De hond zal vermoedelijk een goede begeleiding vragen. Die kennis moet je in huis hebben of opdoen.

• Aanwezig & hard
  Een hond die duidelijk aanwezig is en een harde blik toont, kan een dwingeland zijn. Wanneer de hond ook regelmatig fysiek contact maakt op een harde manier is dit een extra aanwijzing daarvoor. In een hoge houding voor je langs lopen, op je zitten of je met een harde blik aankijken, zijn signalen. Deze hond is enkel voor de ervaren, zelfverzekerde hondenbezitter die op zoek is naar een uitdaging. Iemand die weet hoe een hond met zachte en duidelijke hand gestuurd kan worden.

• Open & enthousiast
  Wanneer een hond je ‘open & enthousiast’ tegemoet treedt, ben je snel geneigd deze hond mee naar huis te nemen. Kijk echter goed of de hond niet te enthousiast is. Wanneer de hond overdreven tegen je aanhangt of zelfs over je heen hangt, erg tegen je opspringt of zich aan je opdringt, kan het zijn dat de hond te enthousiast voor je is. Deze hond is uiteraard bij te sturen en op te voeden, maar dat zal niet vanzelf gaan. De hond zal een uitdaging zijn. Ben  je bereid met net zo veel energie en geduld de opvoeding ter hand te nemen, als de hond komt binnenstromen? Dan is dit jou hond, anders niet.

Het kan handig zijn om voordat je je zoektocht begint een lijstje te maken met wat je wel/niet van je nieuwe kameraad verwacht. Dat maakt je zoektocht iets makkelijker. Tref je bij het asiel een kritische medewerker die ook aan jou vragen stelt, dan is dit vaak een goed teken. De asielmedewerker wil voor de hond immers een goed nieuw adres. Vraag de medewerker zo veel mogelijk over de geschiedenis van de hond. Vraag ook hoe het dier zich in het asiel gedraagt en of hij geschikt lijkt voor jou situatie. Vertrouw daarnaast ook op wat je zelf ziet en kunt waarnemen. Vraag of je de hond op proef mee kan nemen. Geef in die periode de hond de kans om te wennen, maar kijk ook hoe hij zich gedraagt. Hopelijk helpt dit bij aan de juiste keuze voor een hond.

Honden in het asiel

Jaarlijks raken tienduizenden honden en katten hun thuis kwijt. Ze zijn verdwaald, gedumpt, of er kan door omstandigheden niet meer voor ze worden gezorgd. Al deze dieren worden liefdevol opgevangen in asielen. Voor negen op de tien wordt snel een nieuwe eigenaar gevonden. Gelukkig werkt de Dierenbescherming samen met erkende en gelieerde asielen. Zo kan er voor ieder beestje in het asiel gemakkelijk een baasje worden gevonden. 

Maak kennis met Zilla en Billy!

Zilla en Billy zijn net binnen gekomen bij Dierenopvangcentrum De Doornakker in Eindhoven.

Zilla  

Zilla is een vrolijk dametje van 10 jaar. Niet dat ze zich iets aantrekt van haar senior status hoor, ze springt menig pup eruit! Dit meisje liep moederziel alleen over straat en is door een oplettende voorbijganger naar het asiel gebracht. Zilla is nooit meer opgehaald door haar eigenaar en is er nu aan toe om naar een nieuw huis te gaan, eentje waar ze wel gewaardeerd wordt!

Met haar hoge hieperdepieper gehalte in het hok doet ze haar Jack Russell bloed eer aan. Eenmaal buiten het hok zie je haar rustiger worden en hobbelt ze gezellig mee aan de lijn. Onderweg is ze erg nieuwsgierig naar mensen en lijkt ook goed te reageren op kleinere kinderen. Andere honden is wat wisselend. In eerste instantie zet ze een grote mond en gaan de haren overeind, maar ze heeft ook al met meerdere honden gespeeld, groot en klein. Een duidelijk verschil hierin is dat ze teefjes beduidend minder leuk vindt dan de reuen. Wel kan ze wat snauwerig zijn in de omgang met honden en dit wordt natuurlijk niet altijd op prijs gesteld door haar soortgenootjes.

Inmiddels heeft Zilla een bezoekje gebracht aan de kliniek om haar tandjes op te fleuren. Ze wacht dus nog op een nieuw baasje die ze kan verwelkomen met haar mooie stralende glimlach. 

Billy

Billy is een wat onzeker boomertje van 8 jaar en draagt een nogal klassiek verhaal met zich mee.

Hij is namelijk bij het dierenopvangcentrum aan de poort gebonden en zo hebben de vrijwilligers hem ’s ochtends gevonden.

Billy was erg van streek en wilde het liefst niet aangeraakt worden. Hij vertrouwde het niets en dacht iedereen op een afstand te kunnen houden door te happen als we te dicht in de buurt kwamen naar zijn zin.

Gelukkig liet hij zijn pantser in redelijk korte tijd vallen en werd hij steeds enthousiaster naar de nieuwe wereld om hem heen. Inmiddels is het een vrolijk mannetje, die enthousiast staat te dansen als iemand hem komt halen voor de wandeling. 
Hij loopt keurig mee aan de lijn en is erg nieuwsgierig en vriendelijk naar andere honden. 
Billy is al meerdere keren met alle kleine hondjes mee geweest naar de grote speelweide en dan spelen ze lekker met elkaar.

Ondertussen is dit bolletje poefhaar ook op bezoek geweest bij de dierenarts en buiten een hoop ongewenste vlooien en een wat onverzorgde vacht, is hij in prima conditie. Wel heeft meneer een onderbeet, een centenbakkie zeg maar. Heeft ie geen last van, hij kan er prima mee eten!

Vanwege zijn angstige hapgedrag is het niet verstandig om hem bij jonge kinderen te plaatsen. Die zullen waarschijnlijk wat te onvoorspelbaar zijn voor hem. Een rustig gezin met oudere kinderen, of een gezellig echtpaar zullen zeker in de smaak vallen. Billy zal ook geen nee zeggen tegen een hondenvriendje. 

Zilla en Billy zitten allebei in het Dierenopvangcentrum De Doornakker en zoeken een nieuw baasje. Heb je interesse? Ga dan snel een kijkje nemen in het asiel. 

Hier is het adres waar je terecht kunt: 

 Dierenopvangcentrum De Doornakker

 De Doornakkersweg 51 

 5642 MP Eindhoven 

 Tel.: 040-2811358 

 Website: www.doc-eindhoven.nl 

Vuurwerkangst bij honden

Vuurwerkangst bij honden

Nu het november is kijken we allemaal weer uit naar de decembermaand met al zijn feestdagen. Maar je hond denk er misschien iets anders over. Hij vindt het maar vreselijk al dat vuurwerk op het einde van het jaar. En ook al is het afsteken van vuurwerk officieel slechts één dag toegestaan, toch klinken de eerste knallen vaak al vroeg in december.

Een sporadische knal op straat hoeft voor een evenwichtige hond geen probleem te zijn. Deze honden zullen even schrikken, net zoals wij, maar herstellen zich snel. Veel honden zijn echter door eerdere ervaringen zo bang geworden, dat ze vanaf het klinken van de eerste knal de hele maand december angstig en onrustig zijn.

Ze willen niet graag meer naar buiten, vertonen vluchtgedrag en staan continu onder spanning; onbereikbaar voor beloning of correctie. December is dus een vreselijke maand voor deze honden en hun baasjes. Maar gelukkig valt er iets te doen aan vuurwerkangst.

Hoe ontstaat vuurwerkangst?

Sommige honden zijn van nature gevoeliger voor geluidsprikkels dan anderen. Waar de ene hond geen moment opkijkt van een omvallende prullenbak of harde geluiden op straat, herstelt de ander zich beduidend minder snel na schrik. Dit is moeilijk te beïnvloeden. Een goede socialisatie waarbij ook kennis wordt gemaakt met verschillende soorten geluiden vormt de basis voor een stabiel, ‘knalproof’ karakter, maar hoeft niet in alle gevallen tot een vuurwerkvaste hond te leiden. Het lastige van vuurwerkangst is dat het moeilijk is om een hond er op te trainen. Elf maanden van het jaar is er geen knap te horen, dus een pup die in januari geboren wordt zal pas na bijna een jaar geconfronteerd worden met knallen.

Ook goed gesocialiseerde honden kunnen vuurwerkangst ontwikkelen. Dit gebeurt vaak na een traumatische ervaring. Een verdwaalde gillende keukenmeid die tijdens het wandelen plots rakelings voorbij vliegt of kinderen die ‘voor de grap’ met rotjes gooien; honden kunnen hier zo van schrikken dat ze deze angst doortrekken naar iedere volgende knal. Dit gedrag is er veelal wel weer uit te trainen, maar dit kost tijd.

Angstig gedrag kan ook versterkt worden door de reactie van de eigenaar. Niet alleen honden zijn bang voor vuurwerk, veel bazen schrikken even hard van onverwachte knallen. Toch is het als baas van groot belang om je eigen angst niet over te brengen op je hond. Probeer buiten zo rustig en normaal mogelijk te reageren op geknal. Ga in huis gewoon rustig door met datgene waar je mee bezig was en doe vooral alsof er niets bijzonders aan de hand is.

De reactie van de baas…

Over het al dan niet steun bieden van een angstige hond bestaan verschillende opvattingen. Het is niet aan te raden om mee te gaan in de angst van je hond door hem te troosten en te proberen hem gerust te stellen met een zachte stem, gebaren of koekjes. Je hond leert dan dat het bang zijn iets oplevert: namelijk aandacht.

Sommigen vinden zelfs dat je je angstige hond straal moet negeren en hem zelfs niet mag aankijken. Dat is nu ook wel iets te veel van het goede. Je mag als baas je hond gerust op een kalme, evenwichtige manier steun bieden. Hij mag best tegen je aan komen zitten of aan je voeten komen liggen maar je blijft rustig je ding doen. Misschien lukt het je wel hem af te leiden door wat oefeningetjes te doen, maar probeer niet geforceerd tot afleiding te komen, zorg altijd dat de situatie rustig en ontspannen blijft. Door hem te laten zien dat je in ieder geval niet bang bent en hij op je kan vertrouwen zal hij zelf ook rustiger worden.

Wat is er aan vuurkwerkangst te doen?

Zoals gezegd is het lastig om gericht op vuurwerkangst te trainen omdat het zo sporadisch voorkomt in het dagelijks leven. Er zijn cursussen die je als baas leren hoe je het beste kunt reageren op een angstige hond. Omdat angstige honden elkaar in hun gedrag kunnen versterken, zijn dit vaak cursussen waaraan je hondloos deelneemt. Er zijn ook cursussen die je hond van pup af aan leren om te gaan met harde, onverwachte geluiden zoals rammelende containers, sissende vrachtwagens, getoeter of knetterende brommers.

Vuurwerk CD

Er bestaan CD’s met geluiden van vuurwerk en onweer. Met deze cd’s kun je je hond langzaam wennen aan deze geluiden door de CD op laag volume aan te zetten. Is je hond hier eenmaal aan gewend, dan kun je het volume langzaam opbouwen. Bij deze cd’s zit een uitgebreide handleiding over hoe je dit het beste kunt aanpakken. CD’s kunnen nooit helemaal de werkelijkheid nabootsen (denk aan het luchtdrukverschil bij onweer of het echoën van knallen door de buurt), toch kunnen hiermee wel goede resultaten worden behaald.

Ondersteuning met medicatie

Er bestaan verschillende middelen die worden voorgeschreven bij vuurwerkangst. Sommige hiervan worden vrij verkocht, anderen zijn alleen op het voorschrift van een dierenarts verkrijgbaar. Niet alle middelen zijn even onschuldig en prettig voor de hond zelf. Een aantal middelen versuffen een dier, maar maken hem niet minder gevoelig voor geluid. Hij is dan net zo bang, maar zal dit minder uiten doordat hij versuft is. Bepaald antidepressiva hebben een nadelig effect op de lever of de nieren of versuffen een dier zo dat hij niet echt normaal kan functioneren. Bovendien is van veel middelen van tevoren moeilijk in te schatten hoe een dier  erop zal reageren; dieren moeten heel goed in de gaten worden gehouden. Dit soort middelen wordt alleen aangeraden ‘bij hevig lijden’. Dit mag op oudejaarsavond zelf misschien een  uitkomst lijken, het is niet aan te raden om dit de hele decembermaand in te zetten. Dan kun je beter proberen je dier met veilige, natuurlijke middelen te ondersteunen.

Natuurlijke producten bij vuurwerkangst

Diepgewortelde vuurwerkangst is met geen pil of poeder weg te nemen, die illusie moet ook niet worden gekoesterd. Wél kunnen angstige dieren met natuurlijke rustgevende middelen ondersteund worden en ook kunnen deze middelen worden ingezet ter ondersteuning bij de training om over angst heen te komen.

Je hond kan dus daadwerkelijk van zijn vuurwerkangst afkomen. Probeer de bovenstaande tips tijdens het trainen van je hond. Je hond zal er niet geheel ‘vuurwerkproof’ door worden, maar het zal wel het leed verzachten. Hou over de ramen en deuren goed dicht en sluit de gordijnen, dit zal ook helpen. Verder zet een muziekje aan om het geluid te verdoezelen. Zo kan u ook meer genieten van de jaarwisseling.

Sommige baasjes hebben moeite hun hond naar het hondenpension te brengen

Sommige baasjes hebben moeite hun hond naar het hondenpension te brengen

Een hondenpension biedt de mogelijkheid om je hond op te vangen voor een bepaalde tijd. Bijvoorbeeld als je op vakantie gaat en de hond mee kunt nemen. Hem alleen thuis laten is geen optie. Dan is een hondenpension de ideale oplossing.

Veel eigenaren hebben moeite om hun hond naar een pension te brengen. Soms voelen de baasjes zich ook schuldig dat ze iets leuks gaan doen en de hond moeten achterlaten in een pension. Ook krijgen ze soms negatieve reacties van hun omgeving zoals; je brengt je hond toch niet naar een pension als je van hem houdt? En dat is jammer aangezien dat het echt voor de meeste honden een leuke en leerzame ervaring is.

Je hond zal tijdens zijn verblijf in het pension ’s nacht zijn eigen plekje hebben, waar hij ook twee maal per dag te eten krijgt. En verder kan de hond de hele dag buiten spelen en ravotten met zijn soortgenoten. 

  

Veel pensions bieden ook dagopvang. Je kunt dan ’s morgens je hond brengen en hem ’s avonds weer ophalen. Gedurende de dag zal je hond met andere honden heerlijk kunnen ravotten en je krijgt hem daarna dus moe maar voldaan weer terug. Dagopvang in een pension kan ook handig voor puppy's. Je pup went al aan een bezoek aan het pension en tevens is het een mooie ervaring die helpt bij de socialisatie met andere honden.

Een verblijf in het pension is dus helemaal niet erg. Sterker nog, je hond zal het geweldig vinden. Wanneer krijgt hij anders de kans om lekker te spelen met zoveel andere honden. En wanneer je terug bent van vakantie of welk ander uitje dan ook, zal je hond ook weer heel blij zijn om jouw te zien. 

Puppycursus

Puppycursus

Omdat jonge honden snel en makkelijk dingen leren is het belangrijk om zo vroeg mogelijk te beginnen met trainen. Pups zijn net kinderen: als je ze verkeerd of helemaal niet opvoedt, worden het bengeltjes en als ze eenmaal volwassen zijn kun je er weinig meer aan doen. Iedere hond kan iets aangeleerd worden. Ook een volwassen hond, alleen zal dit minder makkelijk verlopen en zul je ze eerst ongewenst gedrag moet afleren. Dus een puppycursus kan van belang zijn voor iemand die een gehoorzame, betrouwbare en lieve hond wilt.

Het leerproces van de pup begint wanneer hij het nest heeft verlaten en bij zijn nieuwe thuis aankomt. De manier waarop jij, als zijn baas, met de pup omgaat in die beginperiode is bepalend voor de rest van zijn hondenleven. Je pup heeft bepaalde ervaringen nodig om te groeien tot een stabiele volwassen hond. En jij als zijn baas zult hem die ervaringen moet aanbieden.

Socialisatieperiode

Tussen de drie en twaalf weken, de socialisatieperiode, staat je pup helemaal open voor hele speciale en noodzakelijke leerprocessen. Na de twaalfde week neemt die gevoeligheid sterk af. De meeste pups zijn tussen de anderhalf en twee maanden oud als ze bij hun nieuwe baasje komen. Daarom is het zo belangrijk om meteen te beginnen met een puppytraining: vanaf het moment dat de pup bij zijn nieuwe baasje komt wonen.

Wat leer je op een puppycursus?

Een goede puppycursus leert je precies hoe je je puppy moet opvoeden. Hier leer je wat de beste manier is om jouw puppy de noodzakelijke ervaring te laten opdoen. Ook leer je hoe je jouw pup gewenst gedrag kunt aanleren. Je puppy moet leren wat en wie er allemaal in de grote mensenwereld rond lopen en moet leren daar aan te wennen. Mannen met baarden, kinderen, bromfietsers, steps, vuurwerk, noem het maar op, je pup zal met al deze nieuwe indrukken moeten leren omgaan. 

Vertrouwensrelatie met je pup

Op een goede puppycursus leer je hoe je een vertrouwensrelatie met je hond opbouwt. Je leert niet alleen wat jij kunt doen, maar ook hoe de andere gezinsleden en de pup kunnen deelnemen. Er zal ook gewerkt worden aan de socialisatie met andere honden. Een puppy moet leren omgaan met andere honden. Het is belangrijk dat hij zijn eerste ervaringen opdoet met evenwichtige volwassen honden en met andere leeftijdsgenootjes. Op deze wijze leert je pup goede sociale hondenomgangsvormen en zal hij nooit agressief gedrag naar andere honden vertonen. Maar ook is het belangrijk dat de pup andere rassen leert kennen en ook andere dieren. 

  

Alles wat de pups leren, gaat zonder dwang, maar met het belonen van positief gedrag. Een puppycursus is dus eigenlijk meer een socialisatie en opvoedcursus.

In de puppycursus komen vele dagelijkse terugkerende oefeningen aan bod zoals:

- het commando zitten

- het commando liggen

- loslaten van een voorwerp

- het commando nee

- wandelen zonder trekken

- aandacht voor de baas

- komen op commando

- omgaan met andere honden (zowel volwassen als pup)

Een puppycursus is dus belangrijk voor de socialisatie en opvoeding van je pup. Je leert er hoe je met je pup om moet gaan. De basiscommando’s komen aanbod en de pup zal leren om netjes aan de lijn te lopen zonder te trekken. Je zult er een gehoorzame, betrouwbare,  lieve en stabiele hond aan over houden. 

Een puppy in huis! Wat nu?

Een puppy in huis! Wat nu? 

Hoewel wij erg uitkijken naar het moment dat we een pupje eindelijk kunnen ophalen, mogen we niet vergeten hoe het pupje zich voelt en wat het allemaal meemaakt. Vreemde mensen en een auto die zich verplaatst en brommende geluiden maakt. Weg van de moeder, broertjes en zusjes en weg van het veilige, vertrouwde nest. Het pupje krijgt dus nogal wat te verwerken. De pup kan dit uiteraard allemaal best aan, maar toch is het belangrijk om hem hierin optimaal te ondersteunen om zo de stress, die dit alles bij de pup veroorzaakt, tot een minimum te beperken. 

Hier volgen een aantal tips om je nieuwe pup op zijn gemak te stellen. 

1. Probeer een pup zo vroeg mogelijk op te halen. 

Dan heeft hij de hele dag om te wennen aan zijn nieuwe roedelgenoten en het nieuwe territorium voordat de nacht valt. 

2. Geef de pup de tijd en de rust om te wennen. 

Wanneer de pup eenmaal in zijn nieuwe thuis aankomt, bevindt hij zich weer in een vreemde omgeving met misschien weer vreemde mensen, vreemde voorwerpen en een vreemde geur. Daarom moet je de pup de tijd geven om hieraan te wennen. Zet de pup gelijk op de plaats waar u hem ook later graag wilt hebben. Leg hier zijn nestlapje en een kluifje neer. Laat hem verder lekker zijn eigen gang gaan. Hij zal rondsnuffelen en alles onderzoeken. 

3. De pup vertrouwd laten raken met jezelf 

Als je wilt dat de pup bij je komt, pak dan een lekker hondenkoekje, ga op je hurken zitten en roep hem bij je. Doe dit met een vriendelijke, vrolijke, wat hogere stem. De pup vindt dit leuk en komt naar je toe. Je geeft hem dan het koekje en een knuffel en je laat hem weer rustig verder gaan met het verkennen van de nieuwe omgeving. Zo went de pup het snelst aan zijn nieuwe roedelgenoten, die leuk zijn en lekkere koekjes hebben, en aan het nieuwe territorium. 

4. Een eigen plaats

Na een tijdje zal de pup moe worden. Hij zal een plekje opzoeken om te gaan slapen. Natuurlijk heb je al zelf bepaald waar je wilt dat de pup uiteindelijk zijn eigen plek krijgt. De plaats waar hij ’s nachts verblijft en waar hij moet blijven als je een keer zonder hond weg moet.

Als het pupje moe is en wil gaan slapen pak je hem rustig op en brengt hem naar die plek. Dit kan een kleed, een mand of een bench zijn. De meeste pups worden weer wakker en dan blijf je er gewoon even bij. Je aait en kriebelt hem als het ware in slaap. Daarna ga je weg, en laat hem alleen. Als je gebruik maakt van een bench, doe het deurtje dan niet gelijk dicht. Wel heb je nog een lekker kluifje in zijn directe omgeving achtergelaten. De pup krijgt nu zijn eerste oefening in het alleen blijven. Je gaat regelmatig even kijken of hij al wakker is. Er bestaat een grote kans dat als hij wakker wordt hij eerst het kluifje vindt voordat hij beseft dat hij alleen gelaten is. Hij gaat dan even lekker kluiven. Het is nu wel zaak dat je heel snel hierna je gezicht laat zien en je aanwezigheid aan de pup laat merken. Zo leert de pup dat je altijd terugkomt, ook al is hij even alleen gebleven.

Na een paar dagen zal je merken dat de pup uit zichzelf, als hij moe is, zijn eigen plek zal opzoeken. Die eigen plaats moet wel een veilige plek zijn waar niet continu mensen langs lopen en waar de pup niet regelmatig afgeleid wordt. Bij het op zijn plek brengen kunt u nu al het commando ‘plaats’ of ‘mand’ geven. De pup mag op die plaats nooit gestoord worden.

6. Voeding

Het is aan te raden je pup de eerste dagen hetzelfde voer te geven, als hij bij de fokker heeft gehad. Je pup doet de eerste dagen al veel nieuwe indrukken op. Je kunt zich misschien voorstellen dat het dan fijn voor je pupje kan zijn als hij wel zijn vertrouwde voer krijgt. Overstappen op een voer naar eigen keuze kun je doen als je pup zich bij je op zijn gemak voelt. De stress, die de overgang naar zijn nieuwe thuis met zich meebrengt, kan ertoe leiden dat je puppy de eerste dag niet wil eten. Geef hem de tijd om te wennen en dwing hem niet om te eten. Zijn honger komt vanzelf wel op gang, en dan gaat hij vanzelf wel weer eten.

7. Uitlaten

Het voorkomen van ongelukjes door een goed uitlaatschema vormt de basis van de zindelijkheidstraining. Laat de pup dus minstens om de twee uur even naar buiten om zijn behoefte te doen en probeer aan het gedrag van je pup te zien wanneer hij zijn behoefte wil gaan doen. Vaak kun je dit zien aan langdurig snuffelen of aan rondjes draaien op dezelfde plek. Meestal zal de pup ook wat doen als hij net lekker heeft liggen slapen, heeft gegeten of gespeeld.

Als je ziet dat je pup op het punt staat binnenshuis zijn behoefte te doen, til hem dan onmiddellijk op en breng hem naar buiten. Door het optillen treed een plasrem in werking. Als de pup zijn plasje buiten afmaakt, beloon je hem hier enthousiast voor. Als je toch een keer te laat bent en de pup binnen zijn behoefte al heeft gedaan, ruim dit dan gewoon op zonder de pup enige vorm van aandacht te geven. Prijs de pup uitbundig wanneer hij het goed doet.

  

Je hebt waarschijnlijk lang uitgekeken naar de dag dat je puppy in huis komt. Het pupje raakt echter zijn vertrouwde omgeving kwijt en doet in korte tijd veel nieuwe indrukken op. Met de bovenstaande tips kun je je pup helpen om vertrouwd te raken in zijn nieuwe omgeving. Dus geef hem de ruimte en tijd om jou en je huis te verkennen. Geef hem de eerste paar dagen het zelfde voer als bij de fokker en laat hem minstens om de twee uur even naar buiten om zijn behoefte te doen. En dan moet alles goed komen. En het pupje zal van je gaan houden.